Andaman

Andaman eilanden  - India

                                                                                                         Maart – april 2013

 

                                                                                               door Bart Van Hoey

Dit was een pilottrip geboekt via Visreis.nl met een groep van 3 Belgen en 5 Nederlanders.

Na een tussenstop in Dubai en Chennai op het vaste land van India, kwamen we aan op in Port Blair, hoofdstad van de Andaman Eilanden.

De verblijfplaats van India Game Fishing waar de vissers verblijven bestaat uit een appartement met groot balkon, op wandelafstand van de haven van Port Blair waar hun boten liggen. Deze boten zijn van het model consoleboten dus er is veel plaats om te werpen en te jiggen en waar men dus ook rond kan lopen. Deze zijn elk voorzien van 2 x 225 pk op de

9 meter lange romp, zodat met gemak 40 km/u kan behaald worden wat natuurlijk wel een pluspunt is doordat er altijd naar de afgelegen eilanden wordt gevaren die toch wel een uur à anderhalf uur van ons zijn verwijderd en zo ook om snel te kunnen verkansen.

 

De 1ste dag was meteen ook de soberste dag van de 6 dagen met op beide boten slechts een handvol GT’s van klein formaat, 7 tot 12 kg op de popper. En tijdens het jiggen werden enkele zware aanbeten verspeeld maar toch kon er een red jobfish aan boord worden getrokken.

 

De 2de dag. Op onze boot gestart met jiggen maar dat werd weer niets. Dan maar overschakelen naar popperen en dan was er bij mij de eerste aanbeet op mijn dorado walk-the-dog popper. Op slechts 1,5 meter water vang ik een mooie grouper. En later op de dag nog enkele GT’s. De rest op de boot had toch iets meer geluk met elk een drie tot viertal vissen. Op de andere boot daarentegen hadden ze een 17-tal GT’s op 4 man gevangen. Wat opvalt is wel dat hoe verder je kan smijten, hoe sneller je een aanbeet krijgt. Dit door 2 factoren: je hebt een groter bereik en je popper is langer is het water zodat hij een twijfelende achtervolger toch meestal tot een aanval kan verleiden.

 

 
 

De 3de dag. Weer bloeiend heet, geen wind en maar zweten. Maar de drang om vis te vangen hield ons niet tegen. Na de zoveelste worp is het toch weer raak en konden we deze keer 2 GT’s tegelijk aan boord brengen. De andere elk 1 GT met, zoals gewoonlijk, 50% missers. Dat er natuurlijk bijhoort. Naar mijn mening zijn onze haken te klein, zoals de kapitein ons reeds meerdere malen heeft proberen wijs te maken. Onze haken zijn zelfs nog te zwak waarbij regelmatig opengebogen triple-haken achterblijven na het checken van de popper.

De andere boot heeft het blijkbaar weer veel beter gedaan met meer dan 20 vissen aan boord. Op 4 man, dit is zeker niet slecht.

 

De 4de dag gingen we naar de meest belovende stek volgens de kapitein, meer bepaald zelfs de beste plek in de omtrek. Het is anderhalf uur varen naar de Two Sisters. Beide boten gingen op deze plaats liggen. Direct na de aankomst werden er op de andere boot al 4 vissen gevangen, 3 GT’s en 1 yellow fin. Deze laatste werd zelfs als levend aas aan de lijn gehangen om grouper of haai te vangen. En het duurde niet lang of de reel krijste het uit tot de lijn muurvast op de bodem kleefde. Dus het was een hele dikke grouper die natuurlijk niet meer boven te halen was. Die boot was die dag weeral de beste boot met weer bijna 20 vissen. Onze boot had toch ook wel een respectabel aantal van 15 vissen op 4 man.

 

 
 
 
                                                                                                        
 

De 5de dag visten we tegen een rots een 2 meter voor het eiland waardoor het al een diepte had tot45 meter. Na de eerste worp had ik al een GT, enkele worpen later een 2de GT, alles gevangen tegen de rots. Er was op dat moment heel veel stroming rondom de rots en doordat we langs de stroomnaden visten was dit natuurlijk een uitgelezen plaats voor de rovers die jagen op vissen die door de sterke stroming in problemen geraakten. Op deze plaats kregen we aanbeten langs alle kanten. Zoals gewoonlijk ook weer veel missers en zelfs op 500 meter van onze boot een springende marlijn die tot 5 keer uit het water sprong. Nu we toch enkele rainbowrunners hadden gevangen, konden we deze als aasvis gebruiken in een poging die marlijn naar ons toe te lokken. De baitbolls zaten hier ook overal. Als je er naartoe smeet werd er altijd een aanbeet uitgelokt. Tom kreeg een keiharde aanbeet maar deze trok zeer snel de spoel van zijn Stella bijna volledig leeg met lijnbreuk tot gevolg. Vermoedelijk een haai of een hele grote dogtooth tuna. Kim deed weer het onmogelijke, een haai vangen op een speedjig zonder dat de lijn werd doorgebeten. Van geluk gesproken. Ik had deze dag weer minstens 4 GT’s, waarvan 1 20+ kg, 1 kleindere GT en 1 green jobfish. Toch weer geen grote aantallen op onze boot maar de andere daarentegen hadden weer meer geluk met 27 GT’s in totaal met als topper een GT van 37 kg, dan nog 17 kg,  20 en 25 kg voor dezelfde gelukkige visser.

 

De 6de dag. Dit was voor ons een extra dag die we hadden bijgeboekt na het vertrek van de rest van de groep. We vroegen aan de kapitein om terug naar de Two Sisters te varen om de kans te verhogen op een 30+ kg GT. Uiteindelijk zeker geen slechte beslissing. Ikzelf had twee 20 kg GT’s, 1 GT van 25 kg en op het einde van de dag een GT van 35 kg. En dan nog een heleboel van 7 à 12 kg. Ons Kim deed het ook zeker niet slecht. Met ook een 20 kg GT en een GT van 33 kg die ze vlak voor mijn 35 kg had gevangen en mij daardoor bijna had geklopt. Maar zoals altijd hadden we op deze dag ook zeker 50% van de aanbeten gemist.

Deze dag had ik 12 GT’s en ons Kim had 7 GT’s. En dan op het einde van de dag eentje extra gevangen door de kapitein Bunty omdat wij te vermoeid waren en te pijnlijke spieren hadden om deze nog te drillen.

 
 

Dit was de perfecte afsluiter na de moeilijkere dagen toen de groep bij ons was.

Wie weet komt het doordat we onbewust onze geheimen niet aan de rest wilden prijsgeven.

 

Voor mij staat vast dat er geen leukere visserij bestaat dan popperen en jiggen. De keiharde aanbeten, het opspattende water bij de aanvallen kan je met geen andere vergelijken. Eénmaal je van dit hebt geproefd, blijf je het doen. Het is wel keihard werken maar de beloning is groot omdat je alles zelf hebt gedaan en niet één of andere die de lijn met vis in je handen stopt.